Geschiedenis boerderij

Uniciteit van de boerderij

De boerderij is van het oudste Oldambster type, gebouwd in 1771 en achter de boerderij staat een kapschuur uit 1900. Het is een unieke boerderij omdat het een van de laatste nog bestaande boerderijen van dit type is en niet verbouwd is sinds de gloriejaren van de graanrepubliek.
De reden dat de boerderij nog zo authentiek is, heeft te maken met de ligging ten opzichte van de weg. Tijdens de gouden jaren van de graanrepubliek werden de huizen steeds groter en mooier om de welvaart te laten zien. Voor de boerderij was echter onvoldoende ruimte voor een groot nieuw voorhuis én een slingertuin. Daarom is besloten om niet vóór, maar naast de boerderij een nieuw voorhuis met slingertuin aan te leggen, dit is villa Hoogheem uit 1881 en gelegen op een van de weinige oude huiswierden in de gemeente Oldambt. Na 1881 is de boerderij behouden als bedrijfsgedeelte en heeft alleen de hoofdknecht nog in het woongedeelte van de boerderij gewoond. Sinds omstreeks 1930 is de boerderij helemaal niet meer bewoond.

Geschiedenis

De boerderij is gebouwd in een ingepolderd gedeelte van de Dollard. De Dollard ontstond rond 1350. Voordat het land door de Dollard werd verzwolgen, zouden er drieëndertig dorpen en vier kloosters gelegen zijn geweest in het ondergelopen land. Het ondergelopen land was echter niet definitief verloren, want in de periode 1550-1924 konden grote delen van het verdwenen grondgebied weer worden ingepolderd. Nergens in ons land is in zoveel fasen het land herwonnen op de zee als in het Reiderland. Het ingepolderde land was erg vruchtbaar. Met name de akkerbouw bracht hierdoor grote welvaart in dit gebied. De monumentale boerderijen weerspiegelen de welvaart van weleer.

Cultuurhistorische waarden

In de opkamer bevind zich een beddenwand met prachtige vermoedelijk laat 18e-eeuwse beschilderingen. De wand heeft een mahonie houtimitatie met boven de bedsteedeuren empire ornamenten geschilderd, te weten een jachthoorn met attributen, een bokaal op voetstuk en een luit met muziekboek.

Daarnaast is er op het plafond een rankenbeschildering zichtbaar. Het betreft een geschilderde band in bladmotieven in rococo stijl. Bijzonder aan de rankenbeschildering is, dat deze waarschijnlijk door dezelfde schilder zijn gemaakt als de rankenbeschildering in de kerk van Midwolda. Het plafond heeft ook een geschilderd middenornament, een zogenaamde trompe l’oeil.

Bijzonder zijn ook de verschillende verborgen bergplaatsen in de opkamer. Naast een aantal kastjes die achter in de bedstee zijn verwerkt is er ook een hude aangetroffen. Dit is verborgen bergplaats voor waardevolle spullen, in dit geval niet zichtbaar doordat het deurtje was behangen net als de rest van muur. Volgens het Groninger woordenboek van K. ter Laan uit 1929 werd ook wel gezegd: ‘ik heb nòg n udertje’ of ‘hai zel nog wel n udertje achter het linnen hebben’ waarmee werd bedoeld dat iemand nog wel wat geld achter de hand had.